Home
Deportatiepraktijken



STOP DEPORTATIES!
Een statement tegen de stilte
STOP DEPORTATIONS!
A Statement against the silence

Lees ook: Groeten Uit Holland, Ontmoeting In Vught, Het Recht Op Gevangenschap, Grenzeloze Gastvrijheid, Met Dichtgeplakte Mond

Geschreven om Wessam een stem te geven: Martelingen.
...en omdat de IND kennelijk het vluchtverhaal van Wessam ongeloofwaardig vindt...

Bevrijdingsdag? Voor Wie?
Over gelegitimeerde homohaat

Bevrijdingsdag, 5 mei 2005. Een homoseksuele journalist uit de Verenigde Staten is in elkaar geslagen in Amsterdam. Het kan niemand ontgaan zijn. Hoe kan het, dat zoiets in Amsterdam gebeurt? Bij ons gebeuren zulke dingen niet! Alles is tip top okee in dit land en ja, we zijn terecht verontwaardigd! Homo's discrimineren is toch voorbehouden aan de Islam? Oh ja, en aan het Vaticaan, dat Spaanse ambtenaren van de burgerlijke stand oproept geen homohuwelijken te sluiten. Nee. Potenrammen? Toch niet in de Gay Capital of the World? Toch niet in Nederland?

Bevrijdingsdag, 5 mei 2005. Een homoseksuele vluchteling uit Libië wordt voor de tweede keer gedeporteerd. De eerste keer was het mislukt. Pech voor verantwoordelijk minister Rita Verdonk; hij had scheermesjes ingeslikt, want alles is beter dan terug naar de Libische cel, waar martelingen aan de orde van de dag zijn. Alles is beter, zelfs het slikken van scheermesjes. Het moet aanvoelen als jezelf de strot doorsnijden. Toch is dat veruit te verkiezen boven terugkeren naar die martelingen en die cel, enkel en alleen wegens de misdaad van het tonen van je liefde! Tja, jammer Rita. Het beulswerk moest even wachten. Hij hield nog liever de eer aan zichzelf.

En, was Nederland verontwaardigd? Hoezo? Waarom? Is er wat gebeurd dan? Voor Wessam uit Libië stond er geen artikel in de krant. Toen niet en nu ook niet, nu de deportatie eindelijk slaagde, op bevrijdingsdag, het geweld waarmee dit gebeurde gesmoord in een nieuw bevrijdingslied. 'Ga maar bovenop hem zitten, breek zijn vingers maar!', zullen ze geroepen hebben, toen ze hem overmeesterden. Nee, voor Wessam geen verontwaardiging. Hooguit, en alweer achteraf, wat kamervragen, maar daar lult onze minister zich wel weer uit.

Maar wíj moeten zeggen: 'Tot hier en niet verder!' En dat hadden we al zoveel eerder moeten doen! En dat moeten we elke dag weer doen, tot dit ophoudt. Maar kijk, daar komt de minister weer met haar cijfertjes. En hier, daar heb je weer zo'n IND ambtenaar die wel even wil verklaren dat het zo goed gaat met de dienst. Let wel, met de dienst, niet met de vluchtelingen. Zet snel de televisie aan! Want daar spreekt de minister president, over normen en waarden!

Weet u wat de norm is, hier in Nederland? Racisme! Dat is de norm. Achterdocht. Ook heel normaal. En waarden? Vrijheid? Gastvrijheid? Prachtig! Maar alleen voor onszelf! Als over een aantal maanden de Gay Parade weer door de Amsterdamse grachten vaart, zal iedereen Wessam uit Libië vergeten zijn. Vorig jaar zal hij er misschien nog zelf bij zijn geweest, samen met zijn partner, Maurits. Zullen ze gedanst hebben op één van die boten, of aan de kade? Ze zullen elkaar in elk geval, waar dan ook, omhelst hebben en gekust, want dat is in Nederland niet verboden. Het is een van de weinige goede dingen die ik nog wel eens zie in dit land, deze openheid, en het kan me niet uitbundig genoeg zijn. Ja, laat de mensen zichzelf zijn. Laat de mensen zijn.

Ja, minister Verdonk en premier Balkenende van de Staat der Nederlanden anno 2005; dát is een waarde: dat de mens in zijn waarde wordt gelaten. Dat íeder mens in zijn waarde wordt gelaten! En dat alle grenzen daartoe openstaan. Het enige goede dat u nu kunt doen, is uw verantwoordelijkheid nemen, uw ontslag indienen en de aangerichte schade ongedaan maken, áls en voorzover dat nog kan, voor alle vluchtelingen die hier als het uitschot der aarde worden behandeld. Maar om te beginnen voor Wessam en zijn vriend Maurits, die nu over de telefoon vanuit Libië moet horen van zijn levenspartner hoe hij op de vlucht is geslagen op het vliegveld van Tripoli, en hoe hij, met een gebroken vinger en zonder een draad aan zijn lijf, na drie dagen niet gegeten te hebben en mishandeld te zijn door de marechaussee, moet zien te overleven in een land waar hij wordt opgejaagd. Hoe hij nergens kan blijven, omdat hij anders wordt gevonden en opgepakt, en weer gemarteld. Maurits heeft niet eens afscheid van hem kunnen nemen.

Rita Verdonk en Jan Peter Balkenende, jullie faciliteren de misdaad, het racisme, de intolerantie, collaboreren met totalitaire regimes. Hoe blind kunnen mensen nog langer zijn? Moeten we die Libische martelingen soms op de Dam in Amsterdam publiekelijk laten uitvoeren, voordat het Nederlandse volk ziet wat voor een barbaarse praktijken u, namens de Nederlandse regering en namens het Nederlandse volk, er op na houdt?! Want wie uitlevert aan de beul, is zelf een beul. En beulen, die dienen gestraft te worden.

Joke Kaviaar, 8 mei 2005


Sluiten en slopen!

Inleiding op 'Martelingen'

Het moet moeilijk zijn om over martelingen te praten. Het moet makkelijk zijn asiel te weigeren wanneer een vluchtverhaal tot ongeloofwaardig kan worden gebombardeerd. Zo kan het dat mensen de dood in worden gejaagd door deportatie, of dat zij liever de hand aan zichzelf leggen. Het overkwam Wessam, die op bevrijdingsdag werd gedeporteerd naar Libië. Een beroepszaak voor asiel liep nog. Met zijn deportatie schendt Nederland de mensenrechten, want Wessam loopt gevaar in Libië. Met dit stuk hoop ik voelbaar te maken waar het over gaat, wanneer iemand het over martelingen heeft, en hoe het moet zijn om voor leugenaar te worden uitgemaakt...

MARTELINGEN

Elk woord brengt pijn terug. Elke stokslag waaronder zijn botten leken te breken, is een woord meer nodig om het na te vertellen. En óf hij het na wil vertellen, zodat de wereld het weet!
Hij had het onnoembare gedaan. Dat wat twee mannen doen, die van elkaar houden. Of misschien maar even voor een moment elkaars warmte zoeken. Dat wat het bloed doet stromen en de adem doet razen en het hoofd doet zweven. Dát. De misdaad van de liefde, een groter misdaad zou niet bestaan.
Ze werden naakt naar buiten het terrein opgesleept, met de handen boven het hoofd aan palen gebonden. “Gaan jullie gang maar!” zullen ze geroepen hebben, die hen hadden betrapt. “De honden! Ransel ze maar af tot ze onherkenbaar voor elkaar zijn geworden en laat ze halfdood hangen daar, zodat niemand het ooit nog in zijn hoofd haalt om zich aan zulk een schanddaad schuldig te maken!” De geweerkolf waarmee hij tegen zijn slaap werd geslagen is nog altijd zichtbaar. Het is het enige bewijs. Maar het bleef niet bij die schandpaal. Het was nog maar het begin. Ze zouden elkaar niet meer zien.

Het doet er niet toe of je je amper kunt bewegen. Je wordt meegesleurd en de cel in gesmeten. Je zult voor het gerecht gebracht moeten worden. Dus is er een verklaring nodig. Vastbinden.
De politieman drukte zijn sigaretten op hem uit. Iedere keer dat die sigaret bijna op was, moet hij ineen zijn gekrompen, want dan wist hij het al. Juist als hij aan de pijn van de vorige leek te wennen, stond zijn huid opnieuw in brand. Weer was er die geur van aangebrand vlees.
Zweepslagen. “Hoeveel zweepslagen?” heeft de Nederlandse IND ambtenaar die hem het verhoor afnam toen hij hier asiel zocht, misschien wel gevraagd. Hoeveel? Wie durft dat nu te tellen? Dat wilde hij niet weten, hoeveel. Misschien kun je jezelf dan nog een beetje voor de gek houden; dat het wel meeviel, dat het er niet meer dan tien waren, en hoelang? Het is niet de bedoeling dat je je van tijd bewust bent als je zo wordt mishandeld. Nee, dit is het: je bent overgeleverd. Punt. Je kunt geen kant op. Punt. “Wij doen dit net zo lang als wij willen,” Punt. Klagen? Wat nou, klagen? “We pissen op je, je bent stront, je bent een kakkerlak, je bent niets, je bent het vuil der aarde, je bent ons tot schande, je mag blij zijn dat we je in leven laten zodat je je kunt bekeren en je zonde zult toegeven!”

Tenslotte hebben ze het onnoembare met hem gedaan. Talloze malen. Om het onnoembare met het onnoembare af te straffen. Ze zullen ervan genoten hebben. Hij niet. Want het was niet met liefde. Het was met haat. Het was met het soort haat dat voor altijd pijn in je kloten blijft doen. Het soort haat waarvan de kreten in je hoofd telkens terug komen kaatsen. “Pak 'm. Ram 'm d'r in! Wel nog wat voor mij overlaten, hè? Hij moet wel wakker blijven hoor! Ik wil hem horen schreeuwen!” En de volgende, en de volgende. “Zo. Heb je nu genoeg? Wil je nog meer? Vind je toch zo lekker, vuile flikker?”
En óf hij het na wil vertellen! Maar wat als je niet wordt geloofd? Wat dan? Zou het zijn omdat je het onnoembare hebt gedaan? Ben jij dan toch degene die iets te verwijten valt? En zo herhaalt zich de vernedering, de marteling. “Je liegt. 't Is ongeloofwaardig. Geef nog meer details. Waarmee werd je verkracht? Met stokken? Een gummiknuppel? De loop van een geweer? Ben je toen klaargekomen?” De IND ambtenaar steekt een sigaret op.

Joke Kaviaar, 25-5-05
Voor Wessam, om een beetje zijn stem te laten horen


Sluiten en slopen!

back to begin
Home